Koelapparaat aansluiten RML10.4, RML10.4S, RML10.4T
68
6 Koelapparaat aansluiten
6.1 Op de gastoevoer aansluiten
A
I
De koelkast moet door een afsluitinrichting in de gasleiding afzonderlijk kunnen wor-
den afgesloten. De afsluitinrichting moet goed toegankelijk zijn.
➤ Sluit de koelkast veilig et de hand aan op de gastoevoer (afb. i, pagina 9):
A
LET OP!
• De koelkast mag alleen door een vakman volgens de geldende voor-
schriften en normen op de gasvoorziening worden aangesloten.
• Een slangaansluiting is niet toegestaan.
• Gebruik een metaal-afgedichte schroefverbinding.
• Het gasfilter (wit) in de koelkastgasverbinding mag niet worden ver-
wijderd.
• Gebruik uitsluitend propaan- of butaangasflessen (geen aardgas of
stadsgas) met gekeurd drukreduceerventiel en passend kopstuk.
Vergelijk de druk op het typeplaatje met de druk op de drukregelaar
van de propaan- of butaangasfles.
• De koelkast mag uitsluitend met de op het typeplaatje aangege-
ven druk worden gebruikt.
• De koelkast mag uitsluitend met het op het typeplaatje aangege-
ven gas worden gebruikt.
• Neem a.u.b. de in uw land toegestane drukwaarden in acht.
Gebruik alleen vast ingestelde drukregelaars die voldoen aan de
nationale voorschriften.
INSTRUCTIE
Optioneel kunt u de flexibele Dometic gaspijp gebruiken om spannin-
gen te vermijden.
LET OP!
Gebruik altijd een tegenhoudsleutel (maat 17 mm) wanneer u de
gastoevoerleiding aansluit op de gasinlaat van de koelkast.