Voor het eerste gebruik
Spoel het apparaat eerst door. Vul het water-
reservoir met water en laat het water (zonder
koffie) doorlopen. Herhaal dit een keer.
Koffie zetten
Steek de stekker in het stopcontact.
■ Vul het apparaat met water (1).
De markering op de glazen koffiekan helpt u
bij het afmeten van de juiste hoeveelheid
water.
■ Plaats een papieren filter in de
filterhouder (2).
(Ronde papieren filters nr. 1,
diameter 94 mm)
Indien u het papieren filter iets vochtig
maakt voor u het in de filterhouder plaatst,
voorkomt u dat koffiemaalsel tussen het
papieren filter en de filterhouder komt.
■ Schep de juiste hoeveelheid koffie in de
filterhouder (3).
U kunt de juiste hoeveelheid koffie afmeten
met behulp van een maatlepeltje. Voor een
gemiddeld sterke koffie raden wij u aan 6 à
7 gram koffie (1 volle maatlepel) per kopje te
gebruiken.
Verspreid het koffiemaalsel gelijkmatig in
het koffiefilter. Indien u slechts twee of drie
kopjes koffie zet, doe dan nog een papieren
filter op de gemalen koffie in het koffiefilter.
De gezette koffie zal dan even sterk en
geurig worden dan wanneer u een hele pot
koffie zet.
■ Sluit het deksel van het waterreservoir
zodat de handgreep naar achteren wijst(4).
Controleer of het deksel goed gesloten is.
De rubberen ring moet het waterreservoir
geheel afsluiten.
Zet de glazen koffiekan en het filter in de
koffiezetter:
■ De handgrepen van het filterdeksel, de
filterhouder zelf en de koffiekan grijpen
allemaal in elkaar
(5).
■ Plaats de koffiekan zo dat hij precies
onder het gat in de filterhouder staat.
Houd de koffiekan voor het apparaat en
duw de koffiekan naar het midden van de
warmhoudplaat, tot de handgreep van het
deksel de rand van de koffiezetter raakt.
Zo loopt de koffie rechtstreeks in de kan.
Sluit het deksel
(6).
■ Zet het apparaat aan (7).
Indien het apparaat per ongeluk zonder
water wordt aangezet, kan het apparaat daar
waar het verwarmingselement zich bevindt,
permanent verkleuren. Dit heeft echter geen
gevolgen voor de werking van het apparaat.
Open het apparaat niet meer wanneer het
eenmaal aan staat. Het apparaat staat dan
onder druk.
De koffie loopt in gedeelten door omdat
steeds opnieuw druk wordt opgebouwd.
Wacht enkele seconden nadat alle koffie uit
het filter is doorgelopen. Neem dan de
koffiekan uit het apparaat.
■ Druk op de veiligheidsschakelaar en open
het deksel langzaam zodat, mocht het
apparaat nog onder druk staan, deze druk
langzaam vermindert. Een stoomwolk kan
nu uit het reservoir ontsnappen
(8).
Roer de koffie in de koffiekan om.
Indien het koffiezetten veel langer duurt dan
u gewend bent, is het waarschijnlijk tijd om
het apparaat te ontkalken.
Koffie heet houden
Het verwarmingselement van het apparaat
blijft werken totdat het apparaat wordt
uitgeschakeld. Zet, om de koffie heet te
houden, de koffiekan terug in het apparaat
op het warmhoudplaatje.
Snoeropberging
■ Het koffiezetapparaat is uitgerust met een
snoeropberging aan de onderzijde van het
apparaat (9).
13
To Next Page
Loading...
Need help?
General
Weight and Dimensions
