PWSA 20-Li B3
NL
│
BE
│
69 ■
♦ Draai de beschermkap in de vereiste stand
(werkpositie). Let er daarbij op dat de be-
schermkap zodanig wordt geplaatst dat de
beschermkapborging boven een van de
5 uitstulpingen van de beschermkap
ligt
(zie afb. E van de uitvouwpagina).
♦ Let er daarbij op dat de beschermkapborging
goed vastzit in de betreffende uitstulping .
Hulphandgreep monteren
VOORZICHTIG!
► Om veiligheidsredenen mag dit apparaat
alleen met de hulphandgreep
worden ge-
bruikt. Anders bestaat er gevaar voor letsel.
De hulphandgreep kan al naargelang de
werkwijze links, rechts of boven op de kop
van het apparaat worden vastgeschroefd.
Afbraam-/doorslijpschijf monteren/
verwisselen
Draag bij vervanging van de doorslijp-/afbraam-
schijven altijd veiligheidshandschoenen.
Neem de afmetingen van de afbraam-/doorslijp-
schijven in acht. De gatdiameter moet zonder
speling op de flens passen. Gebruik geen ver-
loopringen of adapters.
OPMERKING
► Gebruik uitsluitend schone schijven.
■ Gebruik alleen schijven en borstels waarvan het
toegelaten toerental minstens zo hoog is als het
op het typeplaatje van het elektrische gereed-
schap aangegeven toerental.
■ LETSELGEVAAR! Gebruik de asvergrendel-
knop
alleen wanneer de as stilstaat .
♦ Druk op de asvergrendelknop om de aan-
drijving te blokkeren.
♦ Maak de spanmoer
los met de pensleutel
(zie afb. D).
♦ Zet de afbraam- of doorslijpschijf met de be-
drukte kant naar het apparaat op de flens
.
♦ Plaats vervolgens de spanmoer
met de ver-
hoogde kant naar boven weer op de as .
Bij dunne slijpschijven (zie afbeelding 1):
♦ De rand van de spanmoer wijst omhoog,
zodat een dunne slijpschijf stevig vastgezet kan
worden.
≤ 3,2 mm
Afb. 1
♦ Druk op de asvergrendelknop
om de
aandrijving te blokkeren.
♦ Draai de spanmoer weer vast met de
pensleutel .
Bij dikke slijpschijven (zie afbeelding 2):
> 3,2 mm
Afb. 2
De rand van de spanmoer wijst omlaag, zodat de
slijpschijf stevig op de as kan worden vastgezet.
♦ Vergrendel de as
.
♦ Draai de spanmoer met de wijzers van de
klok mee vast met de pensleutel .
OPMERKING
► Als de schijf na de vervanging onregelmatig
draait of trilt, moet deze schijf meteen weer
worden vervangen.
♦ Laat het apparaat na een vervanging van de
schijf voor de zekerheid 60 seconden op het
hoogste toerental draaien. Let op ongewone
geluiden en vonkvorming.
♦ Controleer of alle bevestigingsonderdelen
correct zijn aangebracht.
♦ Zorg ervoor dat de draairichtingspijl (indien
aanwezig) op de doorslijp- of afbraamschijf
(ook bij diamantdoorslijpschijven) en de draai-
richting van het apparaat (draairichtingspijl op
de kop van het apparaat) overeenstemmen.