NEDERLANDS
78
Ref. Functie (zie referenties op schakelschema's)
N
9 - 10
Aansluitklemmen tegen droogdraaien.
Bij gebruik hiervan moet de standaard aanwezige by-passbrug tussen de betreffende klemmen
worden verwijderd. Elektrische kenmerken: 24VAC 10mA, impedantie max. 55kOhm.
Bij verbinding met elektrische niveausondes moet alleen rekening gehouden worden met
klem nr. 9
De klemmen N en R activeren het lichtalarm op het frontpaneel van het
schakelbord, sluiten het afstandsalarmcontact en de klem N stopt de pomp, terwijl
de klem R deze in werking stelt of laat stoppen, afhankelijk van de gekozen
functie (drukopbouw, vullen, legen).
De bedieningen A, B, C, R, N vereisen geen verbinding met
aangezien ze zijn
aangesloten op het veiligheidscircuit PELV.
Aansluitklemmen voor analoge ingangen
H1
11 - 12 - 13
Aansluitklemmen analoge ingang voor druksensor.
H1 –
11 = voedingsuitgang voor sensor: 24V, max 100mA.
H1 –
12 = ingangskenmerken: 4...20mA met DS_B7 op ON / 0,5...4,5V met DS_B8 op ON.
H1 –
13 = kenmerken: 0V.
AANSLUITKLEMMEN ALARMEN
Q1
14 - 15
Aansluitklemmen alarm elektropomp P1 van afstand (zie alarmentabel).
Contactkenmerken: potentiaalvrij contact, 250VAC/30VDC 5A, dubbele isolatie (AC 1).
Q2
16 - 17
Aansluitklemmen alarm elektropomp P2 van afstand (zie alarmentabel).
Contactkenmerken: potentiaalvrij contact, 250VAC/30VDC 5A, dubbele isolatie (AC 1).
Q3
18 - 19
Aansluitklemmen algemeen alarm van afstand (zie alarmentabel).
Contactkenmerken: potentiaalvrij contact, 250VAC/30VDC 5A, dubbele isolatie (AC 1).
Arbeidscontact met gevoed schakelbord en zonder actieve alarmen.
13 - 14
13 - 14
Aansluitklemmen voor signalering “pompen worden gevoed” (P1 en P2).
Contacteigenschappen: NO 250V 3A (AC 15)
VEILIGHEIDSZEKERINGEN
FU1
FU2
Veiligheidszekeringen van de transformator tegen kortsluitingen van het primaire circuit en van de
voedingslijn ervan.
FU1 = Elektrische kenmerken: 6,3x32 T 250mA
FU2 = Elektrische kenmerken: 5x20 T 100mA
Voor 400V voeding, plaats de zekering FU1 in de 400V zekeringhouder.
Voor 230V voeding, plaats de zekering FU2 in de 230V zekeringhouder.
Als de verkeerde zek eringhouder wordt gekozen, kan het schakelbord
onherstelbaar beschadigd worden!!
FU3
Veiligheidszekeringen van de transformator tegen foutieve verbinding van de motorkabels
(controleer de thermische beveiliging).
Het schakelbord blijft ook na een ingreep van de beveiliging die de werking ervan stopt, onder
s
annin
. Elektrische kenmerken: 6,3x32 T 250mA
Schakel de spanning uit alvorens onderhoud te gaan plegen.
FU4
Veiligheidszekering tegen kortsluiting van elektropomp P1. Elektrische kenmerken: 10x38 16A (aM)
Schakel de spanning uit alvorens onderhoud te gaan plegen.
FU5
Veiligheidszekering tegen kortsluiting van elektropomp P2. Elektrische kenmerken: 10x38 16A (aM)
Schakel de spanning uit alvorens onderhoud te gaan plegen.