Configuratie
voorinstellingen
Een voorinstelling instellen:
Druk op de toets richting/diafragma/scherpstellen/zoomen om de lens naar de gewenste
positie te verplaatsen. Druk op de numerieke toetsen om het nummer van de
voorinstelling in te voeren. Druk op Set om de instellingen te voltooien.
Een voorinstelling oproepen:
Druk op de numerieke toetsen om een voorinstelling te selecteren en druk op de toets
Call om de voorinstelling op te roepen.
Voorinstellingen wissen:
Druk op de numerieke toetsen om een voorinstelling te selecteren en druk op de toets
Clear om de voorinstelling te wissen.
Zoomen handmatig aanpassen
: inzoomen : uitzoomen
In-/uitschakelen bevriezen video. Druk op de toets Freeze om de liveweergave te stoppen
en het stilstaande beeld op het scherm te houden. Druk nogmaals op de toets om de
liveweergave te hervatten.
In-/uitschakelen VCA-functie.
Video-opname starten/stoppen. Het videobestand wordt opgeslagen op een SD-kaart of
NAS.
Druk eenmaal op de toets Capture; u kunt één vastgelegde afbeelding opslaan op FTP.
Camera toevoegen aan de afstandsbediening
In deze sectie wordt uitgelegd hoe u een camera kunt
toevoegen aan de afstandsbediening. De afstandsbediening
kan hoogstens 4 snelle koepels bedienen.
Voordat u begint:
Als u slechts één camera tegelijk toevoegt aan de
afstandsbediening, zorg er van voor dat andere camera's geen
signaal kunnen ontvangen van de afstandsbediening.
Stappen:
1. Druk op een nummer in CAMERA om een snelle koepel
te selecteren.
2. Druk op de toets *.
3. Druk op F1 om het cameranummer in te stellen.
1.2.5 HD-video-uitgang
DVI-I-interface
HDTV/matrix/codering
Apparaat met YPbPr-interface
HDTV/matrix/codering
Apparaat met HDMI-interface
HDTV/matrix/codering
Apparaat met DVI-D-interface
1.2.6 Composiet kabel
U kunt een kabel gebruiken met de DB15 composiet-interface
voor het toepassen van functies, zoals een
RS-485/RS-232-aansluiting, alarmin-/uitgang, bediening
uitzenden eenheden enz.
Opmerking:
De kabel moet afzonderlijk worden voorbereid.
Mantel coaxiale videokabel
Opmerkingen:
● RS-485: Voor aansluiting bedieningsapparaat
(toetsenbord, DVR, matrix enz.).
● Alarm in-/uitgang: de ALARM IN en ALARM AARDE
werken in paren voor alarmingang. De ALARM UIT 1 en
ALARM UIT 2 werken in paren voor alarmuitgang.
● RS-232: Voor het toepassen van debuggen, upgrade en
bediening.
● Coaxiale videokabel: Voor lokaal analoog
video-uitgangssignaal.
1.2.7 Dipswitch-instellingen
Er zijn twee dipswitches, SW1 en SW2, voor het instellen van
het adres, de baudsnelheid, het protocol enz. voor de snelle
koepel, met waarde AAN=1 en UIT=0. Het etiket voor de
switches bevindt zich op het deksel hiervan, zoals hieronder
wordt getoond.
Elk nummer van een schakelaar vertegenwoordigt een
dip-waarde, die uiteenloopt van 1 t/m 8 van de laagste tot de
hoogste.