NEDERLANDS
7 OPTIONELE FUNCTIE
1 Druk op en houd tegelijk aan “ ” voor “Temp” en “Fan”
gedurende minstens drie seconden voor de normale modus
(wanneer de unit niet in werking is).
2 Selecteer de optionele modus door op “ ” of “ ” voor
“Temp” te drukken en druk op “Fan”.
01: Functie
selecteren
02: Ingang/uitgang
instellen
3 Selecteer de binnenunit door te drukken op “ ” of “ ”,voor
“Temp” en druk op “Fan”.
(Dit scherm wordt NIET weergegeven wanneer er één
enkele binnenunit aan de bediening verbonden is. In dat
geval worden er (4) weergegeven.)
4 Druk op “ ” of “ ” voor “Temp” en selecteer het item.
5 Druk op “Fan” en verander de instelling.
6 Druk tegelijk op “ ” en “ ” voor “Temp” om terug te gaan
naar de normale modus.
7.1 OPTIONELE INSTELLINGSELEMENTEN
No. Item Optionele functie
Individuele
instelling
Instellingen Instelvoorwaarden Beschrijving
1
b1
Compensatie verwarming-
stemperatuur
Modellen:
RCI-FSN4
RCIM-FSN4E
RCD-FSN3
RPC-FSN3
RPI-FSN5E
RPI-FSN3E(P)E(-f)
RPIM-FSN4E(-DU)
RPK-FSN(H)3M
○
00
Normaal (fabriekinstelling)
(ingestelde temperatuur + 4 ºC)
Deze functie wordt gebruikt om het
temperatuurverschil aan te passen
tussen de temperatuur die wordt
afgelezen door de inlaatsensor en de
werkelijke kamertemperatuur.
Dit is handig wanneer de thermistor
aan de luchtinlaat niet in de binnenunit
is gemonteerd of wanneer de
verwarmingslast ongelijkmatig is.
Opmerking:
• De instellingen “02, “03, “04”
zijn eventueel niet beschikbaar
afhankelijkvanhettypebinnenunit.
• Deze instelling moet voor
elke binnenunit afzonderlijk
worden uitgevoerd, zelfs als
meerdere binnenunits op een
afstandsbedieningzijnaangesloten.
01
Geen compensatie
(ingestelde temperatuur)
02 Ingestelde temperatuur + 2 ºC
03 Ingestelde temperatuur + 3 ºC
04 Ingestelde temperatuur + 1 ºC
Compensatie verwarming-
stemperatuur
Modellen:
RPF(I)-FSN2E
○
00
RPF(I)-FSN2E: Normaal
(fabrieksinstelling)
(ingestelde temperatuur + 2 ºC)
01
Geen compensatie
(ingestelde temperatuur)
02 Ingestelde temperatuur + 2 ºC
OPTIONELE FUNCTIE
PMML0497 rev.1 - 12/2020
191