RE 108, RE 118, RE 128 PLUS
Nederlands
173
N Waterkraan opendraaien
LET OP
Het apparaat alleen bij een aangesloten
waterslang en een opengedraaide
waterkraan inschakelen. Als dit wordt
nagelaten ontstaat er een tekort aan
water, wat kan leiden tot beschadiging
van het apparaat.
N De hogedrukslang geheel uitrollen
N De schakelaar in stand I draaien –
het apparaat staat nu in de stand-
bystand
Spuitpistool bedienen
N Het spuitpistool op het te reinigen
object richten – nooit op personen!
N De rotorsproeier, indien
gemonteerd, bij het inschakelen
naar beneden gericht houden
N Veiligheidspal (2) naar beneden
schuiven – de hendel (1) wordt
ontgrendeld
N Hendel (1) indrukken
De motor wordt bij het loslaten van de
hendel uitgeschakeld.
Stand-bystand
LET OP
Het apparaat maximaal 5 min. in de
stand-bystand laten staan. Bij
werkonderbrekingen langer dan 5 min,
bij rustpauzes of als het apparaat
onbeheerd wordt achtergelaten, het
apparaat met behulp van de schakelaar
uitschakelen – zie "Apparaat
uitschakelen".
Hogedrukslang
LET OP
De hogedrukslang niet knikken en
hiermee geen lussen vormen.
Op de hogedrukslang geen zware
voorwerpen plaatsen en niet met auto’s
over de hogedrukslang heen rijden.
Sproeiers
Vlakstraalsproeier (1)
De werkdruk kan bij de sproeier traploos
worden ingesteld.
Spuithoek 15°, maximaal effect bij een
afstand van ca. 7 cm.
N Stelhuls verdraaien
Rotorsproeier (2)
Sproeier met roterende straal voor
hardnekkig vuil op harde oppervlakken.
Maximaal effect bij een afstand van
ca. 10 cm.
De spuitlans kan ook zonder sproeier in
de lagedrukstand worden gebruikt, bijv.
voor het spoelen met een hogere
wateropbrengst.
Apparaat inschakelen