135
Gebruikershandleiding
2. Gebruiksaanwijzingen
De klimaatklasse is aangegeven op het plaatje dat in het toestel is aangebracht.
SN of uitgebreide gemagde klasse (omgevingstemperatuur tussen 10°C en 32°C);
N of gemagde klasse (omgevingstemperatuur tussen 16°C en 32°C);
ST of subtropische klasse (omgevingstemperatuur tussen 16°C en 38°C);
T of tropische klasse (omgevingstemperatuur tussen 16°C en 43°C).
2.1 De temperatuur met de thermostaat instellen
De temperatuur van het product wordt geregeld door aan de thermostaatknop te
draaien:
Thermostaat A:
1 komt overeen met de hoogste binnentemperatuur, 7 komt overeen met de laagste
binnentemperatuur.
Thermostaat B:
De temperatuurwaarden die op de knop staan aangegeven komen overeen met de
gewenste gemiddelde binnentemperatuur.
We raden u aan de temperatuur in te stellen op 5-6°C. De buitentemperatuur beïnvloedt
de temperatuur van het product. De juiste binnentemperatuur kan daarom moeilijk
worden behouden als het product aan warmte en direct zonlicht wordt blootgesteld.
Thermostaatknop
B
A