9.4 BANDENSPANNING
Regel de bandenspanning op de waarden die
vermeld zijn in paragraaf “0 TABEL TECHNISCHE
GEGEVENS”.
9.5 BIJVULLEN / VERVERSEN MOTOROLIE
-
verde handleiding van de motor.
9.5.1
Controleer het oliepeil iedere keer dat
u de machine gaat gebruiken. Voor
deze controle moet de machine op een
rechte ondergrond staan.
Veeg de omgeving van de peilstok schoon.
Draai de oliepeilstok los en trek deze
omhoog. Veeg de oliepeilstok af.
Duw de oliepeilstok volledig naar bene-
den en schroef deze vast.
Schroef de peilstok weer los en trek
deze weer omhoog. Lees het oliepeil af.
oliepeil onder deze markering staat (21)
Het oliepeil mag nooit boven de “FULL”-
streep komen. Een te hoog oliepeil kan
de motor oververhitten Als het oliepeil
boven de “FULL”-streep staat, dient u
bereikt.
Ververs de olie regelmatiger als de machine onder
extreme condities of bij hoge omgevingstempera-
turen wordt gebruikt.
9.5.2 Verversen/vullen (21)
Zie voor de service-intervallen ho-
ofdstuk 13.
Zie voor het soort olie dat u moet ge-
bruiken paragraaf “0 TABEL TECHNI-
SCHE GEGEVENS”.
Gebruik olie zonder additieven.
Ververs de olie wanneer de motor warm is.
Als u de motor meteen na het uitscha-
kelen van de motor aftapt, kan de mo-
paar minuten afkoelen voordat u de olie
aftapt.
Ga als volgt te werk:
1. Zet de machine op een vlakke ondergrond.
2. Schakel de parkeerrem in.
3. Open de motorkap.
4. Zet de klem op de afvoerslang. Gebruik
een verstelbare tang, polygrip of dergelijke
(21:A).
5. Verplaats de klem 3-4 cm op de afvoerslang
en verwijder de dop.
6. Vang de olie op in een vat.
LET OP! Knoei geen olie op de aan-
7. Volg de lokale voorschriften voor het afvoe-
ren van afgewerkte olie op.
8. Breng de olieaftapplug weer aan en verplaats
de klem zodat deze zich boven de plug be-
vindt.
9. Verwijder eventuele gemorste olie.
10. Verwijder de oliepeilstok en vul de machine
met nieuwe olie. Zie voor de oliehoeve-
elheid paragraaf “0 TABEL TECHNISCHE
GEGEVENS”.
11. Na het bijvullen van olie start u de motor en
laat u deze 30 seconden stationair draaien.
12. Controleer of er een olielek is.
13. Zet de motor af. Wacht 30 seconden en
controleer dan opnieuw of het oliepeil ove-
reenkomt met de aanwijzingen uit paragraaf
9.5.
9.5.3
-
verde handleiding van de motor.
Zie voor de service-intervallen ho-
ofdstuk 13.
Het is raadzaam om dit onderhoud uit te laten
voeren door een erkende servicewerkplaats.
Tap eerst de motorolie af en installeer de olieaf-
tapplug zoals hierboven beschreven. Vervang
vervolgens het olielter op de volgende wijze:
• Maak rond het lter schoon en demonteer
het lter.
• Bevochtig de pakking van het nieuwe lter
met olie.
• Installeer het lter. Schroef het lter eerst
zo ver vast dat de pakking de motor raakt.
Draai het lter dan nog 1/2 tot 3/4 slag
verder.
• Ga verder met punt 7 volgens de
aanwijzingen uit paragraaf 9.5.2.
NL
NEDERLANDS
(Vertaling van de originele
gebruiksaanwijzingen)
20