65
• Zetgeenvoorwerpenmetvloeistoffen,bijv.vazenofplanten,opofnaasthet
product.
Wanneer deze vloeistoffen in het laadapparaat raken, wordt het laadapparaat
vernietigd en bestaat er bovendien groot brandgevaar of een explosie.
Schakel in dit geval onmiddellijk de contactdoos waaraan het laadapparaat is
aangesloten, volledig af (bv. bijhorend beveiligingsautomatisme uitschakelen of
zekering eruit draaien, vervolgens de bijhorende aardlekschakelaar uitschake-
len).
Neemvervolgensdeacculosvanhetlaadapparaatentrekhetstekkeruitde
contactdoos.
Laat de accu en het laadapparaat drogen en vervolgens door een vakman
controleren of voer het product op een milieuvriendelijke manier af.
• Zorgdatdestroomkabelnietafgekneld,gebogenofdoorscherperanden
beschadigd wordt. Leg de stroomkabel zo dat men niet over het snoer kan
struikelen.
c) Gebruik
• MetditlaadapparaatmogenuitsluitendLiPo-ofLiFe-accu‘sofaccupacksmet2
tot 6 cellen worden opgeladen.
Laadnooitandereaccu‘s(vb.NiCd-ofNiMH)ofniet-heroplaadbarebatterijenop.
Er bestaat groot brandgevaar of gevaar voor een explosie!
• Zorgvoorvoldoendeafstandt.o.v.brandbarevoorwerpen.Houdtussen
laadapparaat en accu voldoende afstand (min. 20 cm), leg de accu nooit op het
laadapparaat.
• Omdatzowelhetlaadapparaatalsdeaangeslotenaccupackwarmworden
tijdens het opladen/ontladen, moet er voor voldoende ventilatie gezorgd worden.
Dek het laadapparaat en/of de aangesloten accu nooit af.
• Laathetproductnooitonbewaakttijdenshetgebruik.Ondanksdeveleveilig-
heidsschakelingen kunnen storingen of problemen bij het opladen van een accu
niet geheel worden uitgesloten.
• Wanneerumethetlaadapparaatofaccu‘swerkt,magugeenmetalenof
geleidende materialen, zoals vb. juwelen (kettingen, armbanden, ringen, etc.)
dragen. Door een kortsluiting aan de accu of het laadapparaat bestaat brand- en
explosiegevaar.