7.2 Apparaat openen
↻ Apparaat aan de houder gemonteerd.
↻ Veeg met een doek mogelijk vocht van het raamwerk van de plaat van de behui-
zing.
1 Maak de 6 schroeven van de plaat van de behuizing los en haal deze er voorzich-
tig af [ T_25]
2 Let er bij het neerzetten van de plaat van de behuizing op dat de pakkingen en
lichtgeleider niet beschadigd raken of vies worden.
» Ga door met de installatie van het apparaat.
Afb.13: Plaat van de behuizing ver-
wijderen
7.3 Aansluitruimte bekijken
Afb.14: Aansluitruimte DC-zijde (links) / AC-zijde (rechts)
Afb.15: Aansluitruimte (XL-versie)
Legenda
1 AC-aansluitpunt 4 DC-aansluitpunt
2 Basissokkel AC-overspanningsbeveiliging 5 DC-overspanningsbeveiliging
3 AC-aardingspen 6 PID-aansluitpunt
7.4 Elektrische aansluiting uitvoeren
OPMERKING
Kies aan de hand van de onderstaande randvoorwaarden kabeldiameter, zekeringtype en zekeringwaar-
de:
Landspecifieke installatienormen; vermogensklasse van het apparaat; kabellengte; soort bedrading; lokale
temperaturen
7.4.1 Eisen aan toevoerleidingen en zekering
Aan DC-zijde
Max. kabeldoorsnede 240mm² (AL of CU)
Min. kabeldoorsnede conf. plaatselijke installatienormen
Diameter kabel voor kabelwartel 16 - 28 mm
Kabelschoen afmeting b breedte max 42 mm
Striplengte Afhankelijk van ringankertong
Aanbevolen type kabel Zonnekabel
Kabelschoen Ø aansluitbout 10 mm
Aanhaalmoment 30 Nm
Schroefverbinding voor DC-aansluiting M40
Aandraaimoment voor kabelwartel 7,5 Nm
KACO blueplanet 87.0 TL3 KACO blueplanet 92.0 TL3 KACO blueplanet 110 TL3 KACO blueplanet 125 TL3 KA-
CO blueplanet 137 TL3 KACO blueplanaet 150 TL3
Bladzijde 196
ENDEFRESPTIT
NL